woensdag 24 november 2010

Monddood

Het is wederom een harde klap in mijn gezicht.
Mijn zoon heeft zijn vader verteld dat hij meer bij hem wil wonen. Als mijn ex mij dat verteld, reageer ik vanuit mijn hart en vraag hem of mijn zoon niet voor de helft bij hem kan wonen. Hij reageert direct met nee en het bekende liedje; werk, geen geld, geen tijd.
Verbluft schakel ik door en doe wat ik altijd doe en deed; een oplossing aandragen en de harde waarheid opvangen.
Direct zie ik mijn ex opveren en zich belangrijker voelen, en ik, ik voel me leeg en onbetekenender worden.

In de dagen daarna val ik in dat oude bekende donkere gat, daar waar ik zolang in heb gezeten tijdens mijn huwelijk.
Ik voel me leeg gezogen, weggeworpen, er niets toe doen, mijn leven en het leven wat ik geschonken heb doet er niet toe, is het niet waard om voor te vechten.
De kinderen bewegen met me mee, ze pakken direct de onderlaag van donkerte op.

Noah slaat om zich heen, Kyra trekt zich stil en schuldbewust terug in haar zelf en Storm is uitzinnig van woede, omdat ze niet begrijpt waar die pijn binnenin haar vandaan komt.
Mijn hart doet verschrikkelijk pijn omdat ik besef dat dat de reden is waarom ik bij mijn ex ben weggegaan.
Als ik hem er later op aanspreek; dat ik niet begrijp waarom hij mij dat überhaupt verteld als hij de wens van zijn zoon niet wil honoreren, ik kan er niets mee.
Dan zegt hij letterlijk dat er niets in zijn leven is waar hij vanuit zijn hart JA tegen kan zeggen.

Als ik terug rijd in de kleine bescherming van mijn auto doet mijn hart verschrikkelijk pijn en schreeuw ik machteloos tegen de anonieme uitgestrektheid van de snelweg.
Hoe kan je dat als man en vader zeggen.
Hoe moet ik dit in godsnaam mijn kinderen uitleggen, terwijl ik de diepe pijn in mijn buik en hart in hen weerspiegeld zie.
Het is een bittere pil om te aanvaarden, ik kan hun pijn niet wegnemen, ik kan er alleen maar met heel mijn hart voor hun zijn.
Hoelang heb ik niet tegen deze nietsontziende waarheid gestreden. Eerst onwetend, toen hoopvol, later bitter doorvechtend en uiteindelijk in wanhoop opgevend.

Leven vanuit mijn hart heeft een grote aantrekking op degenen die het niet durven, kunnen of willen.
Zij koesteren en laven zich aan mijn onvoorwaardelijke liefde en ondersteuning, vullen zich, voelen zich belangrijker worden en laten me leeg en onbetekenend achter.
Vanuit de diepte van hun ziel kunnen zij het licht van de liefde niet verdragen.
Ik wil mezelf er niet tegen wapenen, maar ik laat ook niet langer mijn licht afpakken zodat de ander een beetje kan stralen.
Ik laat me niet langer monddood maken, ik vang niet langer het onvermogen van deze man en anderen op, hoe eenzaam en pijnlijk het ook is soms.
Ik blijf volmondig met heel mijn hart JA zeggen tegen de liefde, het leven en mijn kinderen.

 
17 februari 2009

Geen opmerkingen:

Een reactie posten